in de pers echter mist de essentie en kan mensen op het verkeerde been zetten.Wat niet vermeld is, is dat ook de provinciale en gemeentelijke overheid de wettelijke regels die onze volksvertegenwoordigers in Den Haag hebben vastgesteld, dienen te eerbiedigen. Dit nu is niet gebeurd. Uit een interview met de heer Munniksma met rtvDrenthe zou moeten blijken, dat dit vonnis gemakkelijk is te repareren. Een gotspe! De Raad van State heeft het bestemmingsplan zonder reparatiemogelijkheid compleet vernietigd! Inbreuk op de Habitatrichtlijn en de plicht een milieueffect-rapportage te presenteren is een feit. Een burger, die in strijd met een bestemmingsplan handelt wordt handhavend bestraft; desnoods met dwangsommen en dient in het algemeen de betreffende zaken in oude staat terug te brengen. Kennelijk gelden de overheidsregels voor iedereen behalve de overheid. Uit het oogpunt van rechtsgelijkheid EN het algemeen belang dat gediend is met rechtshandhaving diende naar ons oordeel ook de gemeente Westerveld direct handhavend op te treden en stillegging te bevelen. Een zwarte specht heeft hiermee niets van doen. Wat de pers NIET meldt, is dat het vonnis niet wordt uitgevoerd. Dat is pas nieuws! Wat nu? De Stichting is sinds het vonnis druk bezig om handhaving te bewerkstelligen van het bestemmingplan Dwingeloo Buitengebied 1993 zoals dat nu weer geldt, en vooral van het Natura 2000 gebied, nu er sprake is van inbreuk op artikel 6 lid 3 op de Habitatrichtlijn en de plicht tot een milieueffectrapportage van de respectievelijke overheidsorganen.Van Bestuurscommissie Dwingelderveld kregen we te horen dat men aan het vonnis geen boodschap heeft en doorgaat met de uitvoering van de werken zoals op basis van het vernietigde inrichtingsplan werd besloten! Leest u deze brief. We hebben kamerleden, Ministeries van Justitie, Milieu, Binnenlandse Zaken, Justitie, Economische Zaken, Landbouw en Innovatie de vonnissen toegestuurd met deze reactie van de Bestuurscommissie en tevens gezegd dat dit in een rechtsstaat echt niet kan. In een rechtsstaat is rechtgelijkheid een belangrijk en groot goed. Intussen gaan de illegale werken door en de gemeente Westerveld doet niets aan de door ons gevraagde handhaving, waarvan wij op 24 juli jl. de eerste hebben gestuurd. Er is thans een ingebrekestelling uitgegaan naar de gemeente. Ook willen inwoners met ons meedoen om verdere vernieling zonder vergunning tegen te gaan. Half jaar overzicht. Nieuwsbrief Een half jaar is alweer verstreken. Het is de hoogste tijd dat we u weer op de hoogte stellen van het wedervaren van de Stichting. Allereerst bespreken we het Dwingelderveld. De stapjes bij de rechter waren soms succesvol – zoals met de Flora en Faunawet. Met een (tussen)uitspraak op 15-02 kwam de Raad van State gelukkig terug op die merkwaardige uitspraak van staatsraad Loeb van 31 maart 2011 (201102308/1/H3) dat een natuur- of milieugroep de diersoort van het betreffende besluit waartegen zij ageerde, moest noemen in haar statuten. Rechtspersonen met een natuurdoelstelling kunnen nu weer in rechte opkomen tegen besluiten op grond van de Flora en faunawet. Verder zijn wij blij dat de Afdeling nu ook korte metten maakt met de methode van staatssecretaris Bleker (EL&I) om in een ontheffingsbesluit voor soort x, ook m.b.t. soort y te bepalen dat wanneer aan bepaalde voorwaarden (meestal mitigerende- maar vaak ook compenserende maatregelen) wordt voldaan, dat voor die soort y dan geen ontheffing van de verboden van de Flora- en faunawet nodig is. Een ontheffing is wel nodig bij overtreding van een verbod. In die ontheffing kunnen dan wellicht mitigerende en/of compenserende maatregelen worden meegenomen. Hiermee lijkt een einde aan de praktijk te komen om de ontheffingsplicht te ontlopen bij projecten waarvoor geen ontheffing verleend kan worden. Voor bepaalde strikt beschermde soorten – zoals bijvoorbeeld jaarrond beschermde vogels is dat zo. Maar de Staatssecretaris hield desondanks voet bij stuk en negeerde daarmee het vonnis van de Raad van State. Op 11 juli deed de Raad van State einduitspraak in de bodemprocedure en stelde De Woudreus in het gelijk : ontheffing is noodzakelijk voor de Zwarte Specht en voor de vleermuizen; af te geven binnen 10 weken. Helaas zal dat het einde betekenen voor de eiken vrezen we, hoewel deze worden gekapt voor een vernietigd inrichtingsplan bestemmingsplan. De schade aan de bossen is reeds onherstelbaar.Terugbrenging in oude staat ligt in de rede na vernietiging van het bestemmingplan Inrichtingsplan Dwingelderveld op 18 juli jl. omdat een illegale bouw ook niet wordt gedoogd en het Europese Hof dit eerder heeft bepaald in arrest Glen Lough. Beroep op Natuurbeschermingswetvergunning en hoger beroep Waterbesluit tegen het besluit van de rechtbank Assen lopen nog. Ook bij de laatste iets merkwaardigs: de Rechtbank stelt de Stichting in het gelijk maar laat de rechtsgevolgen voor wat ze waren…….. Spijtig is het te moeten vaststellen dat ten onrechte voorrang wordt gegeven aan natuurontwikkeling. Er zijn wel enige complementaire doelen die dat beogen, geschrapt, maar het moeten er nog veel meer zijn, zegt Stichting Instituut Iquatro. Staatssecretaris Bleker heeft de nieuwe natuurwet thans aan de Tweede Kamer gepresenteerd. Dat ziet er slecht uit voor de resterende bossen die allemaal hei mogen worden of andere natuur. Met subsidie zoals we hier in het Dwingelderveld hebben gezien. Je vraagt je af wanneer Nederland genoeg heidevelden heeft! Uit onderzoek in de Hatertse vennen evenwel is gebleken dat bosomvorming naar heide geen hydrologisch positief effect zal hebben. Ook mensen uit het vak zijn sceptisch over deze kaalslag door heel Nederland. De ontbossing is net zo erg als in een ontwikkelingsland.Leest u over bos in bosberichten 2012-2. Het Nationale Tuinieren mag echter onverkort doorgang vinden. Een delegatie van De Woudreus was in februari aanwezig bij overleg over het Beheer en Inrichtingsplan (BIP) Drents Friese Wold, dat herzien wordt. Bij de provincie Drenthe gaat schoorvoetend het besef leven dat bos meer is dan een verzameling bomen. Wij zijn overigens niet gelukkig met het feit dat eerst het BIP wordt opgesteld en dan pas het wettelijke beheerplan. Dat laatste staat immers in de Nbwet. Met een BIP wordt – zonder mogelijkheden voor inspraak, bezwaar en beroep – het lot voor het Nationaal Park en zijn omgeving voor lange tijd bepaald. Men gaat dan voorbij aan het wezenlijke element van formele bezwaren van de inwoners en omwonenden. Dat doet de rechtszekerheid geen goed. Leest u onze bezwaren, we hebben er twee gestuurd: een, waar wij wijzen op de juridische aspecten, strijd met de richtlijnen, en de ontneming van de rechten voor de omwonenden; en de ander in de taal zoals die door inwoners vaak wordt ervaren en onderschreven. In september wordt het definitieve BIP gepresenteerd in het Overlegorgaan. Het bestuur vergaderde het aflopen half jaar 4 keer. De financiële situatie is bijna onveranderd. Lopende kosten kunnen we ternauwernood voldoen. Maar voor zaken daar buiten zijn nu echt meer middelen nodig. Geldelijke bijdragen worden dan ook door ons zeer op prijs gesteld Het geeft ons ook de mogelijkheid om de uitspraken van de Raad van State te effectueren. Uw gift kan worden gestort op bankrekening nummer 10 27 85 937 t.n.v. Stichting de Woudreus, te Appelscha. Hiervoor alvast onze hartelijke dank! Voor de in de afgelopen periode ontvangen giften zegt het bestuur u bijzonder hartelijk dank. Wilt u ons op andere wijze bijstaan, aarzelt u niet en neem contact op met een van onze bestuursleden! Ze staan op onze website! Bescheiden natuurbeleid In het blad van het Noord-Hollands Landschap las ik laatst een opiniestuk over de afkalvende steun van het grote publiek voor natuurorganisaties. De schrijver van het stuk noemt hiervoor enkele redenen: De nadruk die moet liggen op natuur als motor voor ons algemeen welzijn is versmald tot het behoud van biodiversiteit. Daarbij zijn natuurorganisaties onderdeel van het systeem geworden die veel te verliezen hebben en zelfs niet meer op de barricaden gaan als de politiek besluit om het budget voor de natuur zeer drastisch te verminderen. Wat hier niet wordt gezegd, is dat vooral SBB en Natuurmonumenten zich tegenwoordig toeleggen op het produceren van een bepaald type grootschalige natuur, zoals aaneengesloten heidevelden en grote zandverstuivingen. Daarmee grijpen ze terug op een natuurbeeld van honderd jaar geleden. In combinatie met het idee dat de vroegere heidebebossingen van zogenaamde exoten geen natuurwaarden hebben, leidt dit bij natuurbeheerders tot de overtuiging dat de bestaande natuur niet deugt en vervangen moet worden door nieuwe natuur. Daarmee behouden zij zich het recht voor om in ieder bosgebied in te grijpen en dit om te zetten in een versie die wel aan hun moderne inzichten voldoet. En dan kijken ze vreemd op als dit weerstanden oproept. Die weerstanden berusten volgens veel beheerders op onbegrip van de bevolking. Dus leggen ze het nog één keer uit. Maar de mondige burger is niet geïnteresseerd in uitleg; die wil gewoon dat het bos waar hij zijn hond uitlaat niet omgekapt wordt. Dus krijgt De Woudreus regelmatige woedende reacties van mensen uit het land met de vraag of wij daar niets tegen kunnen doen. Helaas moeten we die mensen teleurstellen. Want de Woudreus heeft haar handen al vol aan de twee gebieden die de reden waren voor haar oprichting: het Dwingelderveld en Drents Friese Wold. En hoewel we op verschillende vlakken wel enige resultaten hebben geboekt, dendert de ‘omvormingswals’ gewoon door. Door ons aangevoerde argumenten leiden slechts mondjesmaat tot andere afwegingen bij natuurbeheerders en beleidsmakers. Voor de goede orde: ik behoor niet tot degenen die zouden juichen als SBB wegbezuinigd en Natuurmonumenten door ledenverlies langzaam gemarginaliseerd zouden worden. Integendeel, deze organisaties zijn belangrijk voor een natuur die in een dichtbevolkt land als het onze alleen maar verder onder druk zal komen te staan. Maar enige terughoudendheid van hun kant zou hen sieren. Laten ze zich tot hun kerntaak beperken: beheer van de natuur zoals die is. En zich minder bezighouden met de natuur zoals die volgens hen zou moeten zijn. Natuurlijk zijn ingrepen soms noodzakelijk. Bijvoorbeeld om een ven niet dicht te laten groeien of om een saaie, gekanaliseerde beek weer te laten kronkelen. Dit is een vorm van tuinieren die past in een land waar elke vierkante meter wel eens op de schop is gegaan. Maar kom niet weer aan met plannen voor ‘oernatuur’ en al het mechanisch geweld dat hier voor noodzakelijk is. Eigenlijk is dit stukje een pleidooi voor meer bescheidenheid en realiteitszin. Twee eigenschappen die in onze huidige maatschappij weinig populair zijn, niet alleen onder natuurbeheerders! Rob Chrispijn. ]]>